Inhoud
Doelgroep | Volwassenen – Cognitieve schema’s |
---|---|
Doel | De SMI brengt schemamodi in kaart. De modi zijn onderdeel van het schemamodel van Young en refereren aan verschillende cognitieve, emotionele en gedragstoestandsbeelden waarin een persoon zich bevindt. De SMI bestaat uit 14 modi en is opgebouwd uit 118 items. |
Antwoordtype | De SMI bestaat uit stellingen gevolgd door een multiple choice antwoord, waarbij de antwoorden variëren van Nooit of bijna nooit (1) tot Altijd (6). |
Scoring | De score wordt bepaald door de somscore van de items te middelen. |
Subschalen | De volgende 14 schalen worden onderscheiden: • Kwetsbare kind • Woedende kind • Razende kind • Impulsieve kind • Ongedisciplineerde kind • Blije kind • Willoze inschikkelijke • Onthechte beschermer • Onthechte zelfsusser • Zelfverheerlijker • Pest- en aanval • Straffende ouder • Veeleisende ouder • Gezonde volwassene |
Psychometrische gegevens
Algemeen | De SMI laat een goede betrouwbaarheid en validiteit zien waardoor het een waardevol instrument is voor de klinische praktijk. De test-hertestbetrouwbaarheid is goed en de ernst van de modi wordt voorspeld door de ernst van de persoonlijkheidsstoornissen. |
---|---|
Normgroepen | Er zijn geen normgroepen beschikbaar. |
Literatuur en copyright
Schema Mode Inventory (version 1) Young, J., Arntz, A., Atkinson, T., Lobbestael, J., Weishaar, M., van Vreeswijk, M. & Klokman, J. (2008)